Wegwezen in Noors Lapland

Vertrek uit Frankrijk naar Bodø (met tussenstop in Kopenhagen en/of Olso).

Bezoek Bodø, een doorgangsstad waar treinen hun reis beëindigen en waar boten vertrekken naar de Lofoten. Nadat de stad tijdens de Tweede Wereldoorlog bijna volledig met de grond gelijk is gemaakt, is de levendigheid van de stad vandaag de dag gebaseerd op haar belangrijke universiteit en haar jazz- en rockfestivals in de zomer. Het Norsk Luftfartsmuseum is een leuke manier om de geschiedenis en legendes van de luchtvaart te leren kennen. Neem de veerboot van Bodø naar Moskenes, ten zuiden van de Lofoten. De overtocht duurt ongeveer 3 uur en 15 minuten.

Neem de E10 over het eiland Moskenesøy via Reine, dat naar verluidt het mooiste dorp van Noorwegen is, en vervolgens Hamnøy met zijn hemelse fjord. Ga verder naar Flakstad en het witte zandstrand. Als u nog steeds de E10 volgt, rijdt u in het midden van de vlakte naar Leknes, waar u kunt bijtanken (vlucht dan, het dorp is niet interessant!). Op het eiland Austvågøy zijn twee wegen mogelijk: de E10 door het land, of de weg 815 langs de kust. Eenmaal op het eiland, maak een omweg naar Kalle voor de rorbuer, de fjord en de rust. Stop ook bij Kabelvåg, een klein vissersdorpje, waar een kerk in Vågan staat, gebouwd in de 19e eeuw in opdracht van koning Øystein. Uiteindelijk bereikt u Svolvaer en neemt u de weg naar Narvik.

We volgen de weg die de fjorden en meren oversteekt en maken van de gelegenheid gebruik om een omweg te maken naar het eiland Senja, dat via een brug vanuit Finsen te bereiken is. Niet erg populair bij toeristen, het is perfect om te verdwalen tussen de fjorden, moerassen en witte zandstranden. Ga naar de kleine haven van Hamn, zie de Senjatrollet (de grootste trol ter wereld)! Rust jezelf dan uit met goede wandelschoenen voor een wandeling in het Ånderdalen Nationaal Park. Neem de weg weer om in Tromsø, de voormalige walvisvaarthoofdstad, aan te komen. Bezoek het Tromsø Museum, dat de geschiedenis van de volkeren van het Noorden beschrijft, en het Poolmuseum, het museum van jachtexpedities naar het Verre Noorden vanaf het einde van de 18e eeuw.

Stop bij Øksfjordjøkelen, ongeveer 90 km voor Alta. De gletsjer is meer dan 1.100 m hoog, maar helaas is het onderste deel van de gletsjer aan het krimpen door de opwarming van de aarde. Een boottocht is ook mogelijk. 30 km ten zuiden van Alta trekken de mensen hun wandelschoenen weer aan om door de canyon van Alta te lopen. Sluit je dan aan bij Alta, de laatste stad voor de Noordkaap. Hoewel de stad zelf niet erg interessant is, zullen we toch stoppen bij het museum, dat het dagelijkse leven van de Sames door de tijd heen oproept. En als het seizoen voorbij is, kunt u ook de middernachtzon zien vanaf de Komsa-heuvel.

Wanneer u aankomt op het eiland Magerøya, Noordkaapeiland, kunt u een laatste stop maken bij Honningsvåg, een klein dorp met een haven vol met toeristenboten, of bij Skarsvåg, een vissersdorp, voordat u op de laatste kilometers naar het hoogste punt gaat.

Terug naar Tromsø of Bodø om zijn terugvlucht te halen.